Chaos
Praten is denken. Tenminste, voor mij. Als ik praat, denk ik hardop. Ik bewandel zoveel zijwegen dat jij halverwege niet zeker meer weet of ik nog wel naast je loop.
En dat is niet altijd zo handig. Niet voor mezelf. Niet voor de mensen die bij me wonen. Ook niet als je met me werkt.
Gelukkig kom ik veel van deze chaotische sprekers tegen. Zelfs opmerkelijk veel. Heel de wereld van de communicatie en marketing kent dit soort spraakwatervallen. Om nog maar te zwijgen over de bureaus waar art directors…
Maar goed, ik dwaal af. Van de hak op de tak dus. Met veel woorden en tussentijdse vragen.
Ik wist dat ik het deed. En lachte mee met grappen in de vriendenkring. Maar ineens viel me op dat nieuwe opdrachtgevers een soort opluchting uiten in hun reacties op tekst. Ook geïnterviewden lijken blij verrast.
Ik neem een greep: “Joh, dat jij zo kort en bondig schrijft” of “Dat jij uit ons gesprek nog de rode draad hebt kunnen halen.”
Waar ik maar mee wil zeggen: er is werk aan de winkel. Ik schrijf beter dan dat ik praat. Daar ga ik eens wat aan doen.
Of niet. Daar denk ik nog even hardop over na.
Leave a comment