Uitlachen
“Ja joh”, begint hij. “Het begint helemaal te lopen hoor. Mensen komen bij me omdat ze over me gehoord hebben. Weet je wel. Er wordt wat gepraat hoor, door de mensen.”
Tevreden kijkt hij me aan. “Echt een gevalletje van mond-op-mondreclame, weet je wel”, voegt hij eraan toe.
Ik denk even na… zou het pedagogische trucje, ooit geleerd om de kinderen wat subtieler te verbeteren, ook bij deze man werken? Ik probeer het: “Ja, daar moet je het denk ik ook van hebben. Van mond-tot-mondreclame.” Ik heb de klemtoon heel lichtjes op de ‘tot’ gelegd.
Hij knikt, neemt een hap van zijn appel en kijkt me even aan. “Grappig”, zegt hij. “Ik dacht dat jij van alles over de Nederlandse taal wist, met je vak en zo… Maareh… het is echt niet mond-tot-mond hoor. Ik denk, ik zal het maar even zeggen. Voordat de mensen je uitlachen.”
Hij pakt z’n fiets, knipoogt naar me en fietst dan weg. Naar al die mensen, denk ik zomaar.
@5pm
Kitty Kilian says...
Haha.
Jaja.
Ik verbeterde laatst ook iemand.
De monteur van de HR-ketel.
Die had een bedrijfje erbij dat websites maakte.
Tijdens het prutsen aan de ketel werd hij gebeld met een vraag over spammen. ‘O nee hoor”, zei hij tegen de opgewonden vrouw aan de andere kant; ‘Niks van aantrekken. Dat is een hoo-aks.’
Toen hij weer olijk opkeek zei ik: ‘Een hoax, eigenlijk.’
‘Ja, weet ik wel,’ hij begon nog breder te lachen; ‘maar het is eigenlijk een afkorting. Dus ik noem het toch hoo-aks.’
@8pm
Angelique Kalverda says...
🙂 Het blijft verwarrend mond-tot-mond-op-mond… Gelukkig weet jij het wel hoe het ‘hoort’. En anders: http://www.onzetaal.nl/taaladvies/advies/mond-tot-mondreclame-mond-op-mondreclame